Sinds 2004 is de behandeling met vervangingsmiddelen wettelijk geregeld. Sindsdien zijn methadon en buprenorfine wettelijk erkend als opioïde substitutiemiddelen.
De apotheker neemt een belangrijke plaats in binnen het multidisciplinaire team dat de patiënt begeleidt. Hij levert niet louter de substitutiemiddelen af, maar dankzij de veelvuldige contacten kan hij de patiënt ook begeleiden, informeren en motiveren.
Die essentiële rol van de apotheker wordt erkend in de 12e wijzigingsclausule bij de Overeenkomst tussen apothekers en verzekeringsinstellingen. Sinds 1 december 2006 kan de apotheker namelijk een bijkomend honorarium vragen voor de begeleiding van patiënten in substitutiebehandeling met methadon.
Hier vindt u heel wat praktische informatie en nuttige documenten over methadonsubstitutie (pdf-formaat).
- Een overzicht van de praktische aspecten over methadonsubstitutie
- Overeenkomst tussen patiënt – arts – apotheker
- Schrijven van de PGC Limburg ivm substitutietherapie
- Registratieformulier
- NRSB – Kleefvignet voor de identificatie van niet-verzekerde patiënten
- Apotheekrichtlijnen in de praktijk - Begeleiding van patiënten in substitutiebehandeling van opiaten (bron APB)
- Patiëntenfolder Methadon (bron APB)
- De wettelijke basis (Coördinatie van het koninklijk besluit van 19 maart 2004 tot reglementering van de behandeling met vervangingsmiddelen met het koninklijk besluit van 6 oktober 2006 (BS 21.11.2006)
